Een ‘Rus’ in de familie

In de marge van een notariële akte krabbelde iemand ooit met rode pen: ‘zoon en dochters van Willem Frederik van Wijk, geb. 31 december 1788 (de Rus) huwde 8 september 1815 met Jansje Zitman. …’ Die akte hoort bij het archief van de Leidse wollendekenfabriek Gebr. van Wijk en Co. Waar komt die bijnaam ‘de Rus’ vandaan?, vraagt u zich nu misschien af. Wel, daar zit een hele geschiedenis uit de Franse tijd aan vast.

Willem Frederik is een zoon van mijn voorouders Dirk van Wijk en Johanna Fassijn. Hij bezit een wollendekenfabriek die volgende generaties later zullen uitbouwen. Maar wanneer Willem Frederik 22 jaar oud is, moet hij eerst in dienst. Holland is dan bij het Franse keizerrijk ingelijfd en Napoleon heeft manschappen nodig. Die diensttijd voert Willem Frederik te voet helemaal naar Polen, Duitsland, Denemarken, Frankrijk en België.

Onderweg raakt zijn divisie verzeild in een grootschalig en bloedig treffen met de Russen. Dat gebeurt in augustus 1813 bij de brug over de rivier de Katzbach. Ze raken uiteindelijk te zeer verzwakt ‘door het aanhoudende kanonvuur en de herhaalde charges der kozakken’. Wanneer zijn divisie probeert te vluchten, nemen de Kozakken de nog levende mannen gevangen.

‘De meeste manschap­pen wierpen hunne wapens weg en zochten een goed heenkomen; velen aan de rivierzijde maar werden door den fellen stroom medegesleept en kwamen ellendig om. De Russen naderden ons en namen bijna onze geheele divisie gevangen; zij gingen daarbij op ouderwetsche manier te werk door hunne gevangenen van alles te berooven wat zij aan waarde bij zich hadden. In ’t water staande had ik van een soldaat, die een groote zak met waarschijnlijk gestolen Pruisische thalers bij zich droeg, eenige daarvan gekregen en had die in mijne schoenen gestopt; de kozakken naderden mij en eischten mijn geld op; ik gaf hem mijn beursje waarin zich eenige hollandsche geld bevond; anderen wilden mijn vrij goede kapotjas hebben, en begonnen mij, daar ik hun bedoeling niet begreep, te trekken en te sleuren; een hunner pakte mij bij de keel en voelde in mijn das mijn horloge zitten, waarop hij mij zoo geweldig vastgreep dat ik meende te stikken en bijna mijn bewustzijn verloor, toen tot mijn geluk de mouwknoopen van mijn rok sprongen, mijn hand vrij raakte en ik daarmede mijn halsdas kon losmaken, waarmede zich mijn aanrander, met het horloge tevens, uit de voeten maakte; in minder tijd dan ik het kan vertellen, was ik van alles, wat ik maar van eenige waarde aanhad, verlost en zoo bijna al mijne lotgenoo­ten.’

Vervolgens moeten de krijgsgevangenen naar Breslau marcheren. Dat gaat langzaam vanwege de vele gewonden. Eenmaal daar, wordt Willem Frederik voor het blok gezet. Hij kan kiezen tussen in dienst gaan voor de Russen of op transport worden gezet naar Siberië. Dan tekent hij maar voor het Russische leger en zo komt hij aan zijn bijnaam.

Willem Frederik heeft op hoge leeftijd zijn verhaal nog laten optekenen. Deze tekst is een van de leukste vondsten die je in een archief kunt doen. Want egodocumenten zijn tamelijk zeldzaam en dit geeft een boeiend kijkje in zijn enerverende leven. U vindt de integrale tekst vanaf pagina 38 bij Generatie 06 – 08 Van Wijk.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.